01 apr '25

De eed

66
door Geert Selleslach
Onder het motto 'De wereld is een showtoneel, elk speelt zijn rol en krijgt zijn deel' spelen we thuis met de kinderen gebeurtenissen uit de échte wereld na’, zo vertrouwde een vriend mij toe.

‘Plezier verzekerd.’ Laat het ons in dit kader over de maand februari van het gezegende jaar 2025 hebben, in alles een speciale tijd van het jaar. De tijd van de eedafleggingen. Van federale ministers tot lokale burgemeesters, ja zelfs van burgemeesters uit de faciliteitengemeenten die opvallend vlot benoemd konden worden. Franstalige oproepingsbrieven? Nooit van gehoord.

Bij een beëdiging hoort een eedaflegging. En die wilde mijn vriend en familie nabootsen. Iedereen minister! Hoe gaat dat in zijn werk? De basis is de eed. ‘Ik zweer getrouwheid aan de Koning, gehoorzaamheid aan de Grondwet en aan de wetten van het Belgische volk.’ Met de rechterhand, de linkerhand, twee vingers, drie vingers, gestameld of uit volle borst.

‘Thuis hebben we het met de kinderen proberen na te spelen en dat viel dik tegen, want wie denkt: piece of cake… Niets van. Helemaal niet makkelijk, daar zo in het luchtledige in die grote lege galazaal face to face met Filip, koning der Belgen, het zweet met beekjes in de schoenen. ‘Ik zweer getrouwheid aan de… Help! Aan wie was dat nu ook weer, die getrouwheid?’

Eén zaak moeten de ministers goed kunnen: rekenen, want er zal geen geld op overschot zijn, zo valt te horen. ‘Wij lezen onze kinderen voortaan voor uit het boek Rechten en plichten voor iedereen, net als uit het sprookje over de Bremer stadsmuzikanten waarin een ezel, hond, kat en een haan op zoek gaan naar een beter leven in de vrije handelsstad Bremen. Zo zijn we alvast verlost van die ene vervelende vraag: ‘Papa, waarom ligt die mijnheer hier op de straat?’