01 apr '25

Melkboerin werd
wereldkampioene

76
door Luc Vander Elst
In Wolvertem blinkt vlak naast de Sportschuur het mooie, nieuwe park Nicolle Van den Broeck. De naam Nicolle Van den Broeck doet vandaag wellicht nog weinig belletjes rinkelen, maar voor wie haar niet kent, staat er ook een infobord.

Nicolle Van den Broeck pionierde in het vrouwenwielrennen. Ze fietste een indrukwekkend palmares bijeen met als hoogtepunt wereldkampioene op de weg in Barcelona in 1973. Ze was pas de derde Belgische die de wereldtitel binnenhaalde na Yvonne Reynders (4 keer) en Marie-Rose Gaillard. Tot Lotte Kopecky in 2023 en 2024 was Nicolle de laatste Belgische wereldkampioene wielrennen op de weg. Van den Broeck was topwielrenster op een moment dat het vrouwenwielrennen nog heel amateuristisch was. Ook de wielerbond sprong daar heel onprofessioneel mee om. Rensters die het toen waarmaakten, deden dat meestal puur op eigen kracht en met heel veel doorzettingsvermogen.

Wilskracht en strijdvaardigheid

Van den Broeck werd geboren in 1946 in Meise en woonde in Sint-Brixius-Rode. Ze werkte als zelfstandige melkboerin. Later nam ze de bloemenzaak van haar schoonzus over en had ze nog allerhande andere jobs en bijverdiensten. Het was een leven van veel en hard werken. Wielrennen was een pure hobby. Voor het wereldkampioenschap in Barcelona in 1973 nam ze voor het eerst twee weken vakantie om zich voor te bereiden. Ze was vastbesloten om die wereldtitel te pakken, want het jaar voordien was het helemaal misgelopen. In Gap remonteerde ze het peloton na een valpartij en won ze ook de spurt. Ze dacht dat ze wereldkampioene was, maar wist niet dat er voordien al rensters uit de kopgroep waren ontsnapt. Dat ze slaagde in haar opzet om wereldkampioene te worden, getuigt van wilskracht, strijdvaardigheid, doorzettingsvermogen en zelfvertrouwen. In combinatie met doorzicht, want in die tijd al deed Van den Broeck er alles aan om haar wielermateriaal zo efficiënt en licht mogelijk te maken. Ze liet gaatjes boren in enkele onderdelen van haar fiets om die lichter te maken en ze liet de versnellingen van het fietsframe naar het stuur verplaatsen, waardoor ze minder tijd verloor bij het schakelen.

Koningin in Italië

In Barcelona versloeg de toen 26-jarige Van den Broeck de Nederlandse Keetie Hage in de spurt. Omdat er ruzie was bij de Belgische mannen werd er niet gevierd. Van den Broeck vierde haar titel met de Russinnen en de Italianen. In Italië was ze graag gezien. Het vrouwenwielrennen kreeg er meer erkenning en de omkadering was er beter. Van den Broeck fietste er onbetaald voor een Italiaans team. Na haar wereldtitel haalde een Italiaanse sponsor haar voor meer wedstrijden naar Italië. Ze werkte gewoon door in België, vloog met vliegtuigtickets van haar sponsor op vrijdagavond naar Italië en na een weekend koersen keerde ze op zondagavond terug. Ze won er heel wat koersen, was er zeer populair en werd er als een koningin onthaald. Een schril contrast met de appreciatie in België. Het knaagde ook dat zelfs haar thuisgemeente haar nooit lauwerde.

Eigen damesploeg

In 1977 richtte Van den Broeck een eigen damesploeg op. Wielerclub De Arend was een van de eerste damesteams in België en Van den Broeck bouwde het team zo professioneel mogelijk uit met een volgwagen, een Merckx-fiets voor elke renster en een trainingsstage in Italië. In dat team kwam ook de 15 jaar jongere Agnes Dusart fietsen. Ze werd later haar partner. Ook Dusart werd vijf keer Belgisch kampioene, waarvan drie keer op de weg.

Van den Broeck werd naast wereldkampioene ook vijf keer Belgisch kampioene op de weg en vier keer Belgisch kampioene achtervolging op de baan. Ze was nog maar net naar Middelkerke verhuisd, toen ze op 17 april 2017 overleed. Postuum krijgt ze nu aan de Sportschuur in Wolvertem alsnog de terechte blijk van erkenning die ze als een van de succesrijkste Belgische wielrensters ooit zeker verdient.