01 sep '24

Van Halle naar Groenendaal

439
door Gerard Hautekeur
Wandelen in de Vlaamse Rand is heerlijk. Zeker ook als je de GR Groene Gordel volgt. Dat traject werd onlangs hertekend en er werd een meer uitgebreide en handige Wandelgids bij gepubliceerd. De route is opgesplitst in acht etappes, geclusterd in drie delen: de Brabantse Kouters, de Brabantse Wouden & Noord-Dijleland, en het Pajottenland & Zennevallei.

Ze brengen drie typerende landschappen in de Groene Rand rond Brussel in beeld. In acht opeenvolgende edities van RandKrant delen Gerard Hautekeur en zijn vrouw Willemien van Miltenburg hun ervaringen en impressies met de lezer. Ze maken dankbaar gebruik van de tips van de dienst Toerisme Vlaams-Brabant.

Volg de 8 etappes van de wandelroute

 


 

Willemien en ik hebben toegeleefd naar de start van onze eerste etappe van Halle naar Groenendaal, een wandeltraject dat ons leidt van de Zennevallei naar het hart van het Zoniënwoud. Op ons programma van de eerste dag staat een van de langste etappes. We zijn geen kilometervreters, maar nemen rustig de tijd om ons in de omgeving onder te dompelen. De belevenissen onderweg vinden we belangrijker dan het einddoel.

Precies een uur doen we erover met het openbaar vervoer vanuit Grimbergen naar ons startpunt aan het station in Halle. Een grote troef van de GR Groene Gordel is dat alle start- en eindpunten gelinkt zijn aan een bus- of treinhalte. Onder een stralende ochtendzon verlaten we de stationsbuurt aan het kanaal Brussel-Charleroi en laten het centrum van Halle met de gotische Sint-Martinuskerk achter ons. Sneller dan verwacht nemen we afstand van de stedelijke omgeving en bevinden we ons op het platteland. We volgen de paadjes tussen de open velden en weiden. Aan de andere kant van de E19 krijgen we de eerste kuitenbijters in het Krabos, we komen voorbij het scoutsterrein La Fresnaye, waar de jonge knaap Jacques Brel, net als de toenmalige prins Boudewijn, ooit op kamp gingen.

Het rode pad

We stevenen nu af op het Hendrik Consciencepad. Het is het oudste bewegwijzerde en beschreven wandelpad van Vlaanderen, genoemd naar de populaire Vlaamse schrijver. Hij liet zich door het wandelgebied inspireren voor zijn roman Ene verwarde zaak. We ontmoeten er Gerda en Renaat. Gerda is opgegroeid in de streek. Ze vertelt dat het Consciencepad bij de lokale bevolking beter bekend staat als het rode pad, omdat er oorspronkelijk rode klinkers lagen. ‘Mijn vader volgde dit pad op weg naar zijn lief’, zegt ze schertsend. Het koppel nodigt ons uit op een kopje koffie, het eerste van die ochtend en het smaakt overheerlijk. Ze bezorgen ons nog een zakje rode kersen voor onderweg. Gesterkt door de gulle gastvrijheid vervolgen we onze weg naar het centrum van Dworp met het pittoreske, oude gemeentehuis. Haast onzichtbaar achter het gemeentehuis staat de schandpaal waaraan veroordeelden werden vastgebonden en publiekelijk te schande gemaakt. Ik krijg er kippenvel van.

Buiten Dworp, langs de Laurensborreweg staat, heel uitnodigend, de babbelbank. Marc heeft de eenvoudige zitbank voor hun huis aangekleed met een gedicht dat hij heeft gewijd aan vriendschap en ontmoeten. Er hangt een bordje dat je bij het gezin mag aanbellen om je drinkbeker te laten bijvullen. Marc vertelt dat vijftig mensen intekenden op een gemeentelijk initiatief om poëzie een plek in de openbare ruimte te geven.

Molenbeek

Op onze route zullen we een hele tijd de Molenbeek volgen, soms opvallend nabij en op andere stukken onzichtbaar diep in de vallei verscholen. Ooit was het een economische slagader in de zuidrand van Brussel. Vanaf de 14e eeuw werden verschillende watermolens gebouwd, die de spil vormden van een bloeiende papier- en kartonindustrie. Wel vijftien fabrieken lagen op een steenworp van elkaar. Allen hebben ze hun bedrijvigheid gestaakt, met uitzondering van de Herisemmolen. Nu een belangrijke erfgoedsite omgeven door 20 ha natuurgebied. Het is de allerlaatste molen van het land waar je nog de originele inrichting kunt bekijken. De molen is uitgegroeid tot een educatief centrum voor volwassenen en kinderen. We treffen er Myriam aan, de erfgename van de vermaarde Cartonnerie Winderickx en de drijvende kracht achter vele projecten, die deels zijn verzelfstandigd, zoals het café-restaurant De Smidse. Myriam vertelt dat ze nieuwe productieprocedés uittesten, zo onder meer om van versleten jeans en oude tafellakens papier te maken. Ze ziet een toekomst in de ambachtelijke, ecologische aanpak. Inmiddels heeft ze de fakkel aan haar zoon Philippe doorgegeven. Voor het vroegere pakhuis van de molen staat een blauwe pauw met nog één overblijvende veer. Tegen de winter, als de paartijd is aangebroken, heeft hij zijn sierlijke pauwenstaart terug en kan hij de vrouwtjes en de wandelaars weer imponeren.

Vredespad

Tijdens de hele wandeling blijven we op het rechte pad, de markering en bewegwijzering zijn ronduit uitstekend. Nergens een hapering of onduidelijkheid. De talrijke vrijwilligers van de vzw Grote Routepaden verdienen een pluim. Ook de routebeschrijving is helder en accuraat. In de Wandelgids zou het Vredespad ook een vermelding verdienen. Bij het verlaten van Sint-Genesius-Rode is het pad bezaaid met kleurrijke mozaïektegels die het thema vrede uitbeelden. Langs datzelfde pad staat het monument Het Kinderuur met een herdenkingsplaat van Willem Savenberg, die toneelstukken voor kinderen schreef. Hij was ook de bezieler van de jarenlange traditie van toneelopvoeringen waarin vele Rodenaars acteerden en figureerden. Volkstheater pursang.

Pareltjes

Tijdens onze wandeling gaan we op in het rustgevende groen. We wandelen tussen hoge hagen die ons afschermen van woonwijken, langs kabbelende beekjes tussen bomen en struiken, in de soms nog ongerepte natuur. Opvallend en vaak terugkerend op het moment van onze wandeling is de bloeiende, paarse vlinderstruik. De natuurlijke eenvoud en pracht kenmerken de GR Groene Gordel. Af en toe worden we ook aangenaam verrast door groene oases. We pikken er enkele pareltjes uit waar het leuk vertoeven is.

Op weg van Halle naar Dworp is er het natuurgebied de Weikes, een langgerekt natuurgebied langs de meanderende Steenputbeek. Spontaan zijn we geneigd om aan een van de vijvers door de artistieke loep naar het stenen monument van de (koele) kikker te kijken. Op weg naar Sint-Genesius-Rode wandelen we door de Alsembergse Beemd, een natuurlijk ingericht park met waterpoelen en bufferbekkens tegen overstromingen. We picknicken in het park, in de schaduw van het biercentrum Lambiek met ’s werelds eerste bezoekerscentrum van geuze en Lambiekbieren. We kunnen er niet zomaar in- en uitlopen, want het is slechts één keer per maand open voor individuele bezoekers. We vervolgen onze weg via het Novarodepark langs de kronkelende Molenbeek, waar niets meer doet vermoeden dat hier tot het begin van de jaren 2000 een reusachtige papierfabriek stond die de eerste Belgische bankbiljetten heeft gedrukt.

Op weg naar het station van Sint-Genesius-Rode naar de Grote Hut is het flink klimmen. We volgen tussen hagen en omheiningen het Visserspad waar we af en toe een glimp opvangen van visvijvers van Middeleeuwse oorsprong.

Beukenkathedralen

Aan de Grote Hut hebben we twee derden van onze etappe afgelegd. Het is een verademing als we het Zoniënwoud binnentreden. We wandelen tussen hoge beuken van meer dan twee eeuwen oud. De aanblik van de beukenkathedralen doet ons verstillen. Het lijkt of we het bos voor ons alleen hebben. De jonge wandelaars Evi en Philippe vertellen dat ze bewust de stilte komen opzoeken, hier vrede vinden en tot rust komen. Ik stel me voor dat ik een hoge beuk ben, die diep in de aarde is geworteld, onwrikbaar stabiel. Een zalig gevoel. Aan het kilometerslange wandelpad Preumont lijkt geen eind te komen. Willemien zegt dat ze in het uitgestrekte Zoniënwoud niet graag alleen zou stappen, maar noemt dit het allermooiste deel van de etappe. De vliegtuigen, die met regelmatige tussenpauzes hoog boven het Zoniënwoud vliegen, kun je niet wegdenken. Als de stilte weer intreedt, horen we de kwetterende vogels en de geluiden van het levende bos. Het eindpunt komt nabij, het is nog slechts anderhalve kilometer tot aan het station van Groenendaal. We nemen een zijweg naar de oude paardenrenbaan, in de veronderstelling dat we sneller kunnen inchecken in onze B&B De Hippo-droom.

Koninklijke loge

Tot onze verbazing ligt aan de volledig opgedoekte renbaan in Groenendaal niet onze B&B, maar prijkt de Koninklijke Loge. Het is een fraai gerestaureerde Belle-Epoque villa, waar de Belgische royals naar de paardenrennen kwamen kijken. De koninklijke families genoten van de luxe, het groen en de weidse omgeving van het Zoniënwoud. Wij komen ontnuchterd en een tikkeltje teleurgesteld met beide voetjes op de grond, want wij logeren in omgebouwde paardenstallen in een B&B, een paar kilometer daar vandaan.