Een lente- of herfstschoonmaak in de tuin is geen goed idee. Als je wat leven in de buurt wil, kan je de tuin beter zoveel mogelijk met rust laten. Vanaf het moment dat de planten in de herfst stoppen met groeien tot wanneer ze er in de lente weer aan beginnen, is de natuur en zijn bewoners veel beter af met absolute rust. Is dat geen goed nieuws?

De uitgebloeide planten staan er bruin en afgestorven bij, en dat is prima. Want in de stengels, de wortels, de zaaddozen,... overleven allerlei beestjes in verschillende gedaanten: als ei, larve, rups, volwassen insect. En de vogels komen graag langs als het wat kouder wordt. Dan eten ze de overgebleven zaden of zoeken ze naar het rustende insectenleven.

Ga je aan de schoonmaak, dan verwijder je al dat zichtbare en onzichtbare leven. Daardoor onderbreek je de levenscyclus van de betrokken soorten en dan verdwijnen ze uit het systeem. In een ecologische of natuurlijke tuin is dat geen goed idee.

De overwinterende vlinders, bijen, zweefvliegen en dergelijke willen volgend jaar ook nog graag in je tuin leven. De belangrijkste voorwaarde in deze tijd van het jaar is om al die beestjes die in de dorre stengels of rottende bladeren zitten gewoon met rust te laten. Dan verschijnen ze binnenkort weer en herbeginnen ze aan een nieuw levensjaar. De afgestorven planten en bladeren wegnemen en ergens in een bak of hoekje leggen, is geen goed idee. Dan gaan ze immers snel rotten en dan zijn de ongewervelden alweer de klos.

De conclusie kan dus niet eenvoudiger: zorg voor een deugddoende lenterust en de bewoners komen in de loop van komende maanden allemaal weer vrolijk tot leven. Voor de duidelijkheid: volgend jaar en de jaren daarop hou je evenmin een schoonmaak, want één keer een levenscyclus onderbreken, zorgt voor een jarenlange vermindering van soorten.