Een regio die werkt
De Rand doet het economisch erg goed. Dat vertaalt zich ook in de werkgelegenheidscijfers. ‘In 2021 waren er in totaal 213.288 arbeidsplaatsen in de Vlaamse Rand’, zegt Jemima Bidee, arbeidsmarktadviseur voor Vlaams-Brabant bij de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB). ‘Ter vergelijking: in Vlaams-Brabant waren er dat 474.922. De Rand neemt dus 44,91% van de arbeidsplaatsen voor zijn rekening.’ Met andere woorden: de 19 gemeenten van de Rand zijn goed voor bijna de helft van de jobs van de hele provincie, die 65 gemeenten telt.
Opvallend daarbij is dat de gemeenten uit de Rand die veel arbeidsplaatsen tellen vaak ook het hoogste aantal werklozen hebben. In Machelen waren er in 2021 bijvoorbeeld 86.375 arbeidsplaatsen, maar was de werkloosheidsgraad met 7,39% wel de tweede hoogste van de provincie. Vilvoorde telde het derde hoogste aantal werklozen met 7,35% tegenover 27.000 arbeidsplaatsen en Zaventem het zevende hoogste met 6,09% tegenover 42.943 arbeidsplaatsen. In de top tien van de hoogste werkloosheidscijfers in Vlaams-Brabant staan er maar twee gemeenten die niet tot de Rand behoren: Tienen (7,21%, vierde plaats) en Leuven (6,50%, zesde plaats). De werkloosheidsgraad in heel Vlaanderen bedraagt zo’n 5,80%.
Taalachterstand
Hoe kan het dat een productieve topregio als de Rand tegelijkertijd toch de hoogste werkloosheidscijfers heeft? Bidee: ‘Volgens de recente RVA-studie Geografische spreiding van de werkloosheid is werkgelegenheid vaak geconcentreerd in grootsteden en centrumsteden, waar ook de bewoners van de omliggende regio’s mee van kunnen profiteren. De laatste jaren zien we in België en Vlaanderen steeds meer een transitie naar een kennisintensieve diensteneconomie, waarin veel belang wordt gehecht aan vaardigheden die je terugvindt bij hooggeschoolden, zoals talenkennis en digitale vaardigheden. Daardoor stemt de jobcreatie in de stad minder goed overeen met de werkzoekenden daar. Vaak zijn het kortgeschoolden of mensen die in kwetsbare omstandigheden leven met nog heel wat andere problematieken zoals armoede en weinig kennis van het Nederlands.’
In de Rand lijkt taalachterstand een van de bepalende factoren voor de hogere werkloosheidscijfers. Terwijl in heel Vlaanderen 21% van de werkzoekenden weinig kennis heeft van het Nederlands is dat in Machelen maar liefst 58,2%, in Zaventem 57,1% en in Vilvoorde 49,2%. De Rand telt ook een veel hoger aantal werkzoekenden met een migratieachtergrond (werkzoekenden met een huidige of vorige nationaliteit uit een niet-EU-land): 51,2% in Zaventem en Vilvoorde, 56,3% in Machelen tegenover 33,3% in Vlaanderen.
De VDAB doet heel gericht inspanningen om deze grote groep werkzoekenden aan het werk te helpen, legt Bidee uit. ‘We zetten sterk in op competentieversterking, zoals leren op de werkvloer. In de Rand hebben we daarbij specifiek aandacht voor anderstaligen met taalcoaching en taalondersteuning ter plekke. Verder stimuleren we digitale vaardigheden en helpen we bij zaken zoals het behalen van een rijbewijs, wat voor sommige jobs nodig is. We werken specifieke projecten uit voor het steeds grotere aantal jongeren dat zonder diploma de school verlaat. We starten ook trajecten op met verschillende gespecialiseerde partners die bijvoorbeeld expertise hebben in armoedebestrijding. We proberen de werkgevers te sensibiliseren, zodat zij openstaan voor concepten als werkplekleren. Opleiden is het nieuwe rekruteren, wordt hier weleens gezegd.’
Vooruitgaan door samen te werken
De werkgelegenheidsproblematiek stopt natuurlijk niet aan de gewestgrenzen. Ook Brussel kent een jonge bevolking met een hoog aantal werkzoekenden: 83.536 in mei 2022, terwijl Vlaams-Brabant met een grote arbeidsmarktkrapte kampt waarbij een goede 9.000 vacatures niet ingevuld geraken. Helaas zijn ’s lands gewesten niet altijd communicerende vaten en ervaren Brusselse werkzoekenden verschillende drempels om aan de slag te kunnen in de Vlaamse Rand.
Talenkennis is daar een van, zo blijkt uit een recente arbeidsmarktanalyse die de VDAB samen met zijn Brusselse tegenhanger Actiris maakte. Vacatures in Vlaams-Brabant vragen in 85% van de gevallen een goede tot zeer goede kennis van het Nederlands, terwijl de meeste Brusselse werkzoekenden Franstalig zijn en maar 7% van hen zegt een goede kennis van de tweede landstaal te hebben. Daarom zetten beide organisaties al enkele jaren in op taalopleiding en taalcoaching op de werkvloer. Met succes: tussen 2017 en 2019 nam het aantal Brusselse werkzoekenden dat zo’n opleiding volgde bij de VDAB met 40% toe.
De 19 gemeenten van de Rand zijn goed voor bijna de helft van de jobs van de hele provincie.
Ook de scholingsgraad van heel wat Brusselse werkzoekenden is een probleem. Zowel in Brussel als in Vlaams-Brabant is het aantal vacatures voor kortgeschoolden de laatste jaren fel teruggelopen. Daarom hebben VDAB en Actiris samen een lijst opgesteld met vacatures in Vlaams-Brabant waarvoor Brusselse kortgeschoolden in aanmerking komen, zoals jobs als huishoudhulp, werk in de bouw, beveiliging, transport, zorg en verzorging, enzovoort. Dat de samenwerking tussen beide diensten succes kent, blijkt onder meer uit hun mobiliteitsenquêtes. Tussen 2014 en 2019 steeg het aantal Brusselaars dat naar Vlaams-Brabant, en dan voornamelijk de Vlaamse Rand, pendelde met 17,2%. Concreet zijn dat dagelijks meer dan 6.000 extra Brusselse pendelaars.
‘De samenwerking met Actiris loopt al enkele jaren’, zegt Geert Pauwels, directeur van de VDAB Brussel, ‘maar sinds kort richten we onze communicatie voor het eerst ook echt naar de Vlaamse werkgevers. Daarvoor spraken we vooral de Brusselse werkzoekenden aan, maar natuurlijk liggen er hier ook voor de werkgevers kansen om hun vacatures in te vullen. Het is nog te vroeg om te zeggen of die aanpak succes heeft. Over enkele maanden zullen we preciezer weten hoeveel Brusselse werkzoekenden er dankzij de VDAB in Vlaanderen aan de slag zijn kunnen gaan.’
Tandje bijsteken
Wat brengt de toekomst voor de werkgelegenheid in de Vlaamse Rand? ‘De werkzaamheidsgraad stijgt, maar we zijn er nog niet’, waarschuwt Bidee. ‘Corona is dan wel sneller verwerkt dan gedacht, maar de doelstelling van de Vlaamse overheid is om tegen 2030 een werkzaamheidsgraad van 80% te halen. Dat blijft een grote uitdaging, zeker in de Rand en met betrekking tot de kwetsbare groepen. Het blijft van belang om die met specifieke acties te ondersteunen.’
Na ons gesprek mailt Bidee ons nog dat de problematiek waarmee de Vlaamse Rand wordt geconfronteerd eigenlijk bijna het hele arrondissement Halle-Vilvoorde bestrijkt, en zich dus veel verder uitstrekt dan de 19 gemeenten van de Rand. Dat uit zich niet alleen in een grotere anderstaligheid bij werkzoekenden, maar ook in een sterke bevolkingsgroei, in de mobiliteit die onder druk staat, in het onderwijs, enzovoort. Er gaan inderdaad al langer stemmen op die pleiten om de Vlaamse Rand breder te zien dan de huidige 19 gemeenten. Dat heeft ook alles te maken met hoe we de verstedelijkingsdruk vanuit de hoofdstad het best in goede banen leiden.