27 jan '14

Natuurlijk: Verse kruiden uit de berm

5748
door Herman Dierickx
Tijdens de voorbereiding van een van mijn natuurartikels voor Randkrant in de buurt van Sint-Genesius-Rode zag ik een dame op rijpere leeftijd met de neus in de grasberm snuffelen op zoek naar... tja, naar wat? Mijn nieuwsgierigheid was gewekt en we raakten in gesprek.

In maart kriebelt het bij nogal wat mensen om de natuur in te trekken. Sommigen gaan verder en gaan op zoek naar jonge, frisse planten zoals brandnetels om er soep van te maken of te verwerken in een of andere schotel. Met de herboristenrage van de voorbije jaren zit dit soort snuffelen in de lift. Maar soms loopt het fout...

Tijdens de voorbereiding van een van mijn natuurartikels voor Randkrant in de buurt van Sint-Genesius-Rode zag ik een dame op rijpere leeftijd met de neus in de grasberm snuffelen op zoek naar... tja, naar wat? Mijn nieuwsgierigheid was gewekt en we raakten in gesprek. En ja hoor, wat ik vermoedde, klopte: mevrouw was herboriste en ze was kruiden aan het verzamelen om in een heerlijk lentefris slaatje te verwerken. Brandnetel, paardenbloem, klein hoefblad, look-zonder-look, witte klaver, witte dovenetel, dat zou op het menu staan. Hier en daar kwam nog een paddenstoel in aanmerking. Dat zat helemaal snor met dat slaatje.

Ik dacht er het mijne van en had wat bedenkingen, maar omdat ik dit plekje nog niet kende, zei ik niets. De dame woonde enkele straten verder, kende de regio op haar duimpje, dus wie was ik om voorzichtigheid te prediken? We wensten elkaar nog een prettige dag en stortten ons verder elk op onze nobele taak.

Na een vijftal uur kwam ik terug op dezelfde plek. Het moet 17.30 uur geweest zijn. Het plaatje zag er helemaal anders uit. Niet minder dan vier hondeneigenaars lieten hun viervoeter uit, die met veel enthousiasme plasten in die overheerlijke en malse wegberm waar de korte stengels van versgeplukte planten nog te zien waren. Een praatje slaande, leerde mij meteen dat dit een dagelijks ritueel was, zeven dagen op zeven, twaalf maanden op twaalf.

Oei, dat slaatje. Al zou de herboriste haar geplukte kruiden nog tien keer wassen, ik zou er niet van eten. Het deed me denken aan de levensles die ik leerde toen ik klein was: pluk nooit iets om op te eten van een wegberm. Al moet ik eerlijk toegeven daar zelf al eens tegen gezondigd te hebben. Dat is misschien een verhaal voor een andere keer.


Herman Dierickx