Ondertussen in de Rand: Hondenparadijs?
Een stralende namiddag in april. Ik zet me op een dekentje in het park aan de Residentie. Ik zie: een dalmatiër, labrador, chihuahua, mopshond, teckel… O, een border collie. Moest ik een tuin en tijd hebben, ik zou het wel weten. Op een uur zie je hier alle hondenrassen passeren. Ongelooflijk hoe een trouwe viervoeter kan zorgen voor een permanente ambiance in het park.
Op het grasperkje dat speciaal voor hen is afgemaakt, ontmoeten dezelfde mensen elkaar dagelijks. Qua gemeenschapsgevoel wordt hier gescoord. Generaties hondenliefhebbers vinden elkaar op deze zakdoek groen, dichtbij de Ring. Het kakje valt binnen het hekje. Zoals het hoort. De leiband wordt vastgeklikt bij het buiten komen. Of nee, soms ook niet. Maar ze doen echt niks hoor mevrouw. Als dierenvriend wil ik hen gerust geloven.
Ik sta op en loop langs het perkje. Op de weg kom ik een paal met hondenpoepzakjes tegen. Geweldig toch dat hier aan gedacht wordt… Shit! Te vroeg victorie gekraaid. Op mijn linkerschoen situeert zich een smeuïge keutel, breed uitgesmeerd. Dit is echt ***.
Iets verderop zie ik een hond ‘in positie’. Wachtend op verlossing. Ik voel een woede opkomen. Maar het baasje grijpt naar zijn jaszak. Toch iemand die de regels kent. De man gaat door, ik kijk hem na, en wandel dezelfde richting uit. In de berm glinstert zijn zakje. Wie goed rondkijkt, ziet ze in Wemmel overal: donkergrijze poepzakjes, met een knoop erin. Anoniem. Zonder eigenaar. Zouden de baasjes ze komen halen als ik heel hard ‘apporte’ riep? De honden in elk geval wel.