‘Een stad is maar slim
als de inwoners er iets aan hebben'
Aan het station van Vilvoorde werd onlangs het eerste Mobipunt van Vlaanderen ingehuldigd: een digitale zuil waar alle informatie over trein, bus, deelfietsen en deelauto’s wordt gebundeld. De stad van de pjeirefretters maakt als enige uit de regio deel uit van een Europees netwerk rond smart city-toepassingen. Sinds begin dit jaar werkt de stad met Living Tomorrow ook toepassingen uit om van Vilvoorde een slimme stad te maken.
‘Met onze snel groeiende, jonge bevolking staan we voor belangrijke uitdagingen wat betreft klimaat, duurzaamheid en mobiliteit. Het smart city-verhaal moet daar een antwoord op bieden’, zegt Peter Van Kemseke (CD&V), schepen van duurzaamheid en digitalisering. ‘Het mag daarbij niet gaan om gadgets. Een slimme stad is maar slim als de inwoners er echt iets aan hebben. Vandaar dat wij vooral inzetten op een betere dienstverlening. Sinds februari is er op de Grote Markt gratis wifi, bijvoorbeeld. Voortaan kan iedereen er mailen, nieuwswebsites raadplegen of online werk zoeken. We zullen zien wat er financieel kan, maar de ambitie is er om dat op verschillende plekken in de stad te installeren.’
Inwoners verbinden
Vilvoorde maakt, in samenwerking met Living Tomorrow, werk van een stadsapp. ‘De interactieve app zal gratis te downloaden zijn op je smartphone. Zo kunnen we de inwoners verbinden met de stad. Vilvoordenaars zullen klachten of opmerkingen kunnen doorgeven. Het bestuur zal veel sneller kunnen communiceren. Over vacatures, evenementen, initiatieven van verenigingen, wegenwerken, enzovoort. De hele dienstverlening die we als stad aanbieden, moet via de app beschikbaar zijn.’
Een echte slimme stad gaat echter nog verder. Van Kemseke: ‘We moeten nadenken over slimme mobiliteit. Hoe kun je technologie gebruiken om vrachtwagens en sluipverkeer uit je stadscentrum te houden? Of om automobilisten de weg te laten vinden naar de dichtstbijzijnde vrije parkeerplaats? Dat is goed voor de automobilist, maar ook voor het comfort en de gezondheid van de inwoners want er is minder rondrijdend verkeer en dus minder luchtvervuiling. De mogelijkheden zijn eindeloos, maar we zijn realistisch. Gezien de budgettaire middelen is het niet mogelijk om het volledige smart city-verhaal in deze legislatuur uit te voeren.’
Buiten de Rand
In Limburg hebben alle gemeenten de krachten gebundeld voor slimme toepassingen als verkeersgeleiding en digitale borden. Uniek in Europa. Is zoiets ook nuttig voor de Rand? ‘De provincie speelt daar een belangrijke rol in’, aldus Van Kemseke. ‘In de beleidsnota van de provincie staat de ambitie om van Vlaams-Brabant een slimme regio te maken. We zullen zien in hoeverre we kunnen samenwerken. Eerst moeten we in kaart brengen wat de noden van onze regio zijn en dan pas de technologie inschakelen. Niet eerst de technologie om dan vast te stellen dat er andere prioriteiten zijn.’
‘Wat we sinds dit jaar doen, is samenwerken in Europees verband. We zijn door de Europese Commissie geselecteerd voor een project met onder meer Manchester, Frankfurt en Modena. We wisselen ervaringen uit op vlak van duurzaamheid, CO2-vermindering en slimme technologietoepassingen. Zo kunnen we elkaar inspireren, maar je moet dat natuurlijk altijd vertalen naar de situatie in je eigen stad. Straatmeubilair uitrusten met sensoren om de luchtkwaliteit te meten, is bijvoorbeeld nuttig en toepasbaar in elke stad met druk verkeer, ongeacht de grootte.’
Grote steden kleine steden
Toch gaat het bij smart cities vaak over steden als Barcelona of Signapore. Is de slimme technologie voorlopig alleen weggelegd voor miljoenensteden? ‘Het helpt om een grote stad te zijn. Grote steden hebben vaak privéspelers die actief zijn in technologie en innovatie, maar je hebt ook een uitgebreide administratie nodig om de regierol op te nemen. Alle data die verzameld worden over mobiliteit, wonen, vervuiling, enzovoort, moeten verwerkt en met elkaar verbonden worden, zodat je er iets nuttigs mee kunt doen. Dat vraagt veel mankracht, maar dat betekent niet dat slimme technologie enkel voor de grote steden is. Er zijn verschillende gradaties, in functie van de noden en de grootte van de steden. Daarom ook wil Vilvoorde een pioniersrol op zich nemen, en wie weet een voorbeeld worden voor andere steden en gemeenten.’