01 jun '23

Schoolondersteuning in de praktijk

1758
door Michaël Bellon
Vanuit haar functie als GOK-coördinator (gelijke onderwijskansen) houdt Eva Braecke zich op Campus Koensborre in Asse bezig met ouderbetrokkenheid en taalbeleid op de school.

‘Koensborre heeft veel leerlingen met GOK-indicatoren. Zij zijn afkomstig uit anderstalige, minder gegoede of minder hoogopgeleide milieus. Eén van de zaken die we voelden, was dat we het contact met veel ouders verloren. We hebben te maken met problemen zoals spijbelen en te laat komen, wat er sinds corona niet op is verbeterd, en we misten de ouders daarbij als partners. Daarom hebben we dankbaar gebruik gemaakt van het aanbod van de schoolondersteuners van vzw ‘de Rand’.’

Koensborre heeft bijvoorbeeld een beleid in verband met spijbelen en te laat komen, maar de school merkte dat ouders er zelf blijkbaar minder belang aan hechten dat hun kinderen op tijd komen. ‘We merken de laatste jaren dat ouders ons niet meer opbellen wanneer hun kind een dag niet naar school komt. Ze wachten tot wij hen bellen, wat natuurlijk niet de bedoeling is. Daarom is het belangrijk dat ouders in de eerste plaats weten wat wij als school van hen verwachten. Nele van vzw ‘de Rand’ heeft ons geholpen om het grotere plaatje te zien. Door ervoor te zorgen dat ouders weten wie wie is op

‘We hebben ons oudercontact opnieuw vormgegeven met een aantal kleinere ingrepen, zoals aandacht voor een warm onthaal. Voor het eerste oudercontact gebruiken we nu kijkwijzers in twaalf verschillende talen waarop ouders wat info over hun kind invullen, zodat zij zelf ook iets vertellen over hun kind. Van daaruit gaan we het gesprek aan over het belang van een sterke schooltaal Nederlands. We hebben ook onze communicatie herbekeken. Onze grote, belangrijke berichten laten we nalezen door iemand van ‘de Rand’. We volgden een webinar over duidelijke schriftelijke communicatie voor ouders en hebben meer aandacht voor helder Nederlands. We zijn ervan overtuigd dat alle acties goed zijn voor alle ouders, zowel de anderstaligen als de Nederlandstaligen.’

‘We hebben een frigofiche gemaakt met aandachtspunten en een kalender. Via een enquête en een gesprek hebben we de ouders bevraagd hoe zij de school ervaren en we hebben ons personeel geïnformeerd over wat het belang is van ouderbetrokkenheid. Volgend schooljaar zijn niet alleen de nieuwe leerlingen en ouders, maar alle leerlingen en hun ouders welkom op het infomoment. Daarop vertellen we wat wij belangrijk vinden, zoals op tijd komen, maar ook hoe de ouders de taken en toetsen van hun kinderen kunnen opvolgen. Als ouders de schooltaal niet machtig zijn of laagopgeleid zijn, kunnen zij hun kinderen ook nog altijd gewoon vragen hoe het loopt op school. Om de thuisbetrokkenheid te vergroten denken we na over een open klasdag of videoblogjes, waarin leerlingen kort hun les in beeld brengen.’

‘De ondersteuning van ‘de Rand’ maakt in ieder geval dat we er niet alleen voorstaan. Het brengt regelmaat in de acties en zorgt voor een engagement van ons kernteam van leerkrachten, leerlingenbegeleiders en de directeur.’