01 feb '16

De bijzondere lucht
van Merchtem

4151
door Herman Dierickx
De steltenlopers van Merchtem zijn intussen zowat wereldberoemd, maar als je in deze feestgemeente wat culturele en archeologische inspiratie wil opdoen, zijn er ook andere interessante locaties waar je de bijzondere lucht kunt opsnuiven.

Het zijn stuk voor stuk plekjes die de gemeente van de Ballekensschuivers en Kiekenfretters ten voeten uit typeert. Laat ons beginnen met hét monument dat hier decennialang de skyline bepaalde: het gebouw van de vele tientallen jaren geleden ter ziele gegane brouwerij Ginder-Ale.

De immense bouwkundige mastodont was jarenlang de speelbal van getouwtrek tussen verschillende belanghebbenden om er een nieuwe bestemming aan te geven. Intussen is het pleit beslecht en komen er een woonzorgcentrum met serviceflats gecombineerd met handelszaken. Een deel van de huidige bebouwing wordt vervangen door nieuwbouw, een ander deel blijft behouden. Het grote torengebouw blijft behouden.

GINDER-ALE

‘Tegen begin 2018 zou dit deel van de bouwwerken afgerond moeten zijn’, stelt schepen David De Valck (Open VLD). ‘Voor de gebouwen die aan de Dendermondestraat grenzen, doen enkele geïnteresseerden nog voorstellen. Het is voorlopig nog niet duidelijk welke kant het zal opgaan.’

Wist je dat Martinas, de naam van één van de gebouwen, met daarin onder meer de brouwerszaal, de oude naam was voor Merchtem? Daarmee zit de historische connectie nog springlevend in de taal verweven. Het bier zelf is dan wel nog verkrijgbaar in de omgeving van Merchtem, het wordt wel degelijk in Leuven gebrouwen bij AB Inbev, het voormalige Stella Artois. Nog heel wat Merchtemnaren drinken het uit pure nostalgie, en zo zal het nog wel een tijdje blijven. De jarenlange concurrentie met streekgenoot Palm is intussen vergeten. Deze laatste is altijd onafhankelijk gebleven.

AUGUST DE BOECKMUSEUM

Amelie Briers is de ideale figuur om ons naadloos van de Ginder-Ale naar het recent officieel geopende August De Boeckmuseum in het oude politiecommissariaat op de Reedijk 1 te loodsen. Zij startte samen met haar man Florentius De Boeck de eerste brouwactiviteiten in het toenmalige brouwersgebouw, en was de moeder van August De Boeck(1865-1937). Haar zoon is de beroemdste inwoner van Merchtem. De ziel van deze innemende toondichter, componist, organist en natuurliefhebber waart nog elke dag door de gemeente.

Dat zal niet verminderen nu zijn museum een van de komende maanden wordt heropend. ‘Je zal er allerlei voorwerpen en composities vinden die de herinnering aan de meester levendig houden. Ook de aangename, gemeentelijke trouwzaal heeft er onderdak gevonden. Uiteraard kon een receptieruimte niet ontbreken en vergaderen is mogelijk in speciaal daarvoor ingerichte zalen. Verder zijn nog een tentoonstellings- en archiefruimte gepland’, zegt De Valck.

Het was lang de bedoeling om het museum te openen in het jubileumjaar 150 jaar na de geboorte van de componist, in 2015, maar dat is er door allerlei omstandigheden niet van gekomen. Vanaf de eerste verdieping en de zolder heb je een schitterend zicht over de onvolprezen kerkvijver die alles samen toch een bijzondere, groene oase vormt in putje centrum naast de imposante Onze-Lieve-Vrouw-ter-Noodtkerk.

Weduwe De Pauw woont daar nog steeds in alle rust. Alhoewel de grote smeedijzeren poort vrijwel altijd openstaat, is het domein niet toegankelijk, kwestie van die rust te blijven garanderen. Vanaf het terras van de aangrenzende Passerel, een hip eetcafé van wijlen schepen Kris De Pauw - zoon van -, zie je de schoonheid van de kerkvijver vanaf de begane grond. Noteer wel dat het zomerterras enkel in de warme maanden open is en dat je er voor moet reserveren. Het was trouwens schepen De Pauw die de aanzet gaf om het August De Boeckmuseum in te richten in het oud commissariaat aan de Reedijk.

LEEG STATION

De derde locatie die Merchtem even op de kaart zette, is het treinstation in de Stationsstraat 136. Van daaruit kun je met de trein naar Brussel, Aalst en Dendermonde, maar wat is dat met de uitbating? De NMBS heeft die afgestoten vanwege niet rendabel. De gemeente legde zich niet neer bij de sluiting en heeft de uitbating van het stationsgebouw dan maar overgenomen. De alom bekende Swoikken, intussen met pensioen, houdt de lokettenzaal vrijwillig open. Een bijzondere situatie toch, uniek in België. Hoe lang dit blijft duren, is onduidelijk, maar hiermee is de gemeente dan toch weer een ‘attractie’ rijker.