Samen tegen het virus
De terugkeer van zijn skivakantie in het voorjaar was voor Stefan Peeters een vreemde ervaring. Er waren de berichten dat het virus ook in ons land zijn intrede had gedaan. De eerste tekenen dat er een storm op ons afkwam, werden zichtbaar. ‘Het voelde als een explosie. Hoe konden we dat gevaar tegenhouden? Het klinkt misschien gek, maar ik heb de pandemie van meet af aan als een uitdaging beschouwd. Dit was hét moment waarop wij voor onze bewoners het verschil konden maken. Die ingesteldheid leefde ook sterk bij het personeel.’
‘De kracht van de storm konden we niet inschatten, maar één ding wisten we wel: samen zouden we ervoor gaan. Hoe meer de pandemie aan kracht toenam, hoe groter onze vastberadenheid werd om het virus te lijf te gaan. Tijdens de crisismaanden hebben we het beste van onszelf gegeven. Dat deden we op pure adrenaline.’
Iedereen mee
Hoe hard de eerste coronagolf in de woonzorgcentra ook toesloeg, ze spaarde de inwoners en medewerkers van rusthuis Oase in Wolvertem. Niemand raakte besmet. ‘Je moet een beetje geluk hebben. En wij hadden voldoende beschermingsmateriaal. Ook het veelvuldig wassen van de handen was al een tijdje ingeburgerd. In november had ik nog een cursus handhygiëne gegeven. Dat we veelvuldig en open met onze medewerkers communiceerden, heeft ook zeker meegespeeld. We stonden open voor hun ideeën. Opvallend: ons ziekteverzuim was bijna nihil. Niemand wou de anderen in de steek laten. Iedereen was mee. Tijdens de crisisperiode draaiden mijn broer, die mee aan het hoofd van ons woonzorgcentrum staat, en ik elke dag mee met het team. We wilden zo dicht mogelijk bij onze mensen staan.’
Dankbaarheid
Wat vond jij het moeilijkste aan de coronacrisis? ‘De periode vlak na de lockdown was zwaar. Het applaus verstomt. De versoepelingen treden in en je merkt dat de controle over de situatie, waaraan je drie maanden hard hebt gewerkt, door je vingers glipt.’ Peeters heeft een tip voor de overheid. ‘Die persmededelingen op vrijdagavond waren geen goed idee. Daarna stond onze telefoon roodgloeiend. We werden overspoeld met vragen van familieleden.’ Of de witte lakens en het applaus voor de zorgsector deugd deden? ‘Onderschat de positieve impact daarvan niet. Dat mensen vooral niet ophouden met hun appreciatie voor ons uit te drukken.’
‘De periode vlak na de lockdown, als het applaus verstomt, was zwaar.’
‘Voor je medemens zorgen, heb ik altijd graag gedaan. Daarom koos ik voor verpleegkunde. Werken in een ziekenhuis was echter niets voor mij. Ik wilde een band met de patiënten kunnen opbouwen. In de ouderenzorg kan dat. Oudere mensen zijn meestal ook erg dankbaar voor wat je doet.’ Hoe ervaren de senioren van woonzorgcentrum Oase de coronacrisis? ‘We gaan dat virus hier buiten houden, was hun ingesteldheid. Je merkt dat ze onze inspanningen waarderen. Onlangs stond er een bewoner voor het middag maal spontaan recht om in een speech het per soneel te bedanken. Hartverwarmend. Vaak was het voor de familieleden lastiger om geen contact te hebben dan voor de bewoners. Met uitzondering van bewoners met dementie. Voor hen was het zeer pijnlijk dat ze geen bezoek mochten ontvangen. Na de eerste golf hebben we dan ook besloten om de bezoekregeling bij toekomstige golven anders aan te pakken en in de mate van het mogelijke bezoek in de cafetaria toe te laten.’
Stop de betutteling
‘De voorbije maanden waren hectisch. Wij beseffen maar al te goed dat de storm nog niet voorbij is. Maar we hebben veel geleerd. We staan sterker dan in het voorjaar.’
Heeft corona niet blootgelegd dat er binnen de woonzorgcentra heel wat fout loopt? Is het niet hoog tijd om onze ouderen te herwaarderen? ‘Ik vind het jammer dat vooral de negatieve verhalen de media halen. Die zijn er zeker, maar er zijn ook mooie verhalen en die hoor je zelden. De meeste mensen in onze sector hebben een hart voor oudere mensen. Kleinschaligere structuren kunnen inderdaad helpen om het contact met de bewoners nog hechter te maken. Vergeet echter niet dat zoiets extra personeel vraagt, en het is vandaag al ontzettend moeilijk om medewerkers te vinden.’ Wat heb je tijdens jouw loopbaan geleerd over waardig ouder worden? ‘Wat onze bewoners het belangrijkste vinden, is vriendelijkheid, waardigheid en – niet te vergeten – lekker eten. (lacht). Mensen willen vooral als een volwaardig persoon worden behandeld, niet als een klein kind.’