01 feb '22

Tweede leven

2787
door Fatima Ualgasi
Na vele jaren van leegstand begint de winkelstraat in Vilvoorde te herleven. Lokaal initiatief Broeilab heeft hier een belangrijke rol in gespeeld. Vorige maand kreeg Vilvoorde extra budget van de Vlaamse Regering om de verloedering van de winkelstraten tegen te gaan.

Er zit dus nog meer in de pijplijn.

Maar het karakter van de straat is veranderd. Waar er vroeger vooral winkels waren, begint nu horeca te overheersen. Vooral afhaalzaken. Afhaal doet het goed. Zelfs de klassieke horeca heeft het tijdens de lockdowns ontdekt en gaat ermee door. Horeca zorgt ervoor dat er ’s avonds nog beweging is in de winkelstraat en is dus ook goed voor de veiligheid.

Toch wordt er geklaagd. Te veel van hetzelfde. Te veel halal. Waarom komt er geen gewone slager of een kaaswinkel? Handel en horeca worden gestuurd door vraag en aanbod. Supermarkten en winkelketens hebben een ruim aanbod. Op het internet kan je alles kopen wat je maar wil. Met een paar klikjes is je maaltijd of kledij besteld en bij jou thuis geleverd. Als je daar als kleine ondernemer tegenop wil boksen, dan helpt het als je iets te bieden hebt, waar veel vraag naar is en weinig aanbod. Of dat binnen een bepaalde niche valt. Ambachtelijk doet het bijvoorbeeld erg goed.

Vilvoorde is een stad met een grote diversiteit. Net geen 57% van de bevolking heeft niet-Belgische roots. Er is dus vraag naar producten uit andere landen. Zeker dingen die je in de gewone supermarkt niet of nauwelijks vindt. Halal vlees bijvoorbeeld. Dus ja, er is een markt voor halal slagers. We hebben ook een verpakkingsvrije handel, een biozaak, een wereldwinkel, een koffiebrander, afhaalpunten van lokale al dan niet bio-boeren. Met meerdere kleine brouwers staat Vilvoorde zelfs prominent op de bierkaart. Maar er is eveneens een Poolse en een Turkse supermarkt, een churreria, en sinds kort zelfs een Pakistaanse grill.

Waarom komen er geen gewone slagers bij? Niet omdat het stadsbestuur dat zo wil, wat soms wel eens wordt gesuggereerd. Er studeren nauwelijks nog slagers af, laat staan dat die een eigen zaak beginnen. Ik vermoed dat hetzelfde geldt voor kaashandelaars. De tijdgeest speelt misschien ook mee: we eten minder vlees en lactosevrij is tegenwoordig trendy.

Sommigen storen zich aan dat diverse aanbod. Tja, wellicht dezelfde die een probleem hebben met diversiteit op zich? Zelf kom ik uit een gezin van avontuurlijke eters. Als er iets nieuws op de markt kwam, dan waren we er als de kippen bij om het uit te proberen: kiwi’s, okra’s, struisvogel,… Ik zet die traditie verder, zij het dan dat ik vooral experimenteer met fruit, groenten en kruiden, omdat ik vlees niet lekker vind. Ik at al quinoa en avocado lang voor het hip en zogenaamd superfood was. Hoe meer aanbod van niet klassiek Belgische producten, hoe liever ik het zie.

Natuurlijk, te veel van hetzelfde is te veel van hetzelfde. Vorig jaar besloot bijvoorbeeld de stad Brugge om geen nieuwe toeristenwinkels meer te vergunnen. Dus als er echt te veel gelijkaardige zaken komen, kan en mag het stadsbestuur zeker ingrijpen. Maar zover zijn we nog lang niet. Voorlopig ben ik gewoon blij dat er minder leegstand is. En dat ik veel nieuwe lekkere dingen kan uitproberen.