Dakloos
Vroeger dacht ik dat er in mijn stad geen daklozen waren. Die blijken er wel degelijk te zijn. Het beeld dat ik voor ogen had, klopte niet. De daklozen in Vilvoorde vallen nauwelijks op. Ze zijn proper en dragen gewone kleren. Ze zien eruit zoals iedereen. Ze zijn proper omdat ze zichzelf en hun kleren kunnen wassen bij het Centrum Algemeen Welzijnswerk (CAW). Ze beschikken er over lockers waarin ze hun bezittingen kunnen achterlaten. Daar en bij vzw Uit het niets kunnen ze terecht voor gratis koffie en eten. Ze kunnen er hun gsm opladen, naar het toilet gaan, relaxen.
In de wintermaanden is er nachtopvang. Maar soms is het al lang voordien bitter koud of nat, zoals nu. Toch zie je de daklozen hier maar zelden op straat slapen. Ik weet wel dat er verscheidene leegstaande panden gekraakt worden. Je kan dat verkeerd vinden, maar persoonlijk zie ik liever dat deze mensen een dak boven hun hoofd hebben, zeker als het pand toch al jaren leegstaat.
Net voor de coronacrisis vond er een eerste telling van daklozen plaats in Aarlen, Luik, Gent, Leuven en de provincie Limburg. Geen sinecure, want dakloosheid kent vele vormen. Er zijn daklozen die in een garage wonen of in hun auto. Ongeveer een kwart verblijft bij familie of vrienden. Opvallendste cijfers: circa 30% zijn vrouwen en 1 op 5 is tussen de 18 en 25 jaar. Ik weet dat in mijn stad vrouwen en kinderen snel worden opgevangen, wat maakt dat het toch vooral mannen zijn die letterlijk op straat staan. Een belangrijk aandeel heeft een migratieachtergrond. In Leuven telde men 62% daklozen met de Belgische nationaliteit ten opzichte van 25,5% niet-Belgen met een tijdelijk verblijfsrecht en 12,4% dat onwettig in ons land verblijft. Van de daklozen die ik hier ken, is ongeveer de helft buitenlands. Ik denk aan X. uit Roemenië. Al jaren hier zonder de juiste papieren terwijl dit eigenlijk geen probleem zou hoeven te zijn. Spreekt een mix van Frans, Spaans, wat Nederlands en raakt vaak gefrustreerd omdat hij zich zo moeilijk verstaanbaar kan maken. Wat wellicht ook een probleem vormt in zijn contacten met officiële instanties. Niet iedereen heeft een talenknobbel.
Om terug te komen op de overstromingen. Ik vermoed dat een deel van de slachtoffers inderdaad wel eens voor langere tijd dakloos zou kunnen worden. Onbewoonbaarverklaring van de woning is een belangrijke oorzaak, vooral bij niet-Belgen. Bij Belgen zelf ligt de oorzaak meestal in relationele- en gezondheidsproblemen. En de oplossingen zijn schaars. In Vilvoorde zijn er bijvoorbeeld zeer lange wachttijden voor sociale woningen en de huurprijzen op de privémarkt liggen hoog. Wat me in mijn contacten met mensen in armoede en/of dakloosheid steeds weer treft, is hoe snel het kan gaan. Er moet zich maar ergens een ongelukkige samenloop van omstandigheden voordoen en daar ga je. Dat en de rugzak van een ongelukkig verleden die velen meedragen.
Tot slot een weetje. Wist je dat een rugzak een van de belangrijkste bezittingen is van een dakloze? Ben je uitgekeken op jouw exemplaar? Schenk het dan aan een daklozenopvang.