Van Zaventem tot Machelen
Wie het knooppunt van Sint-StevensWoluwe op de Ring achter zich laat en noordelijk richting het viaduct van Vilvoorde rijdt, belandt op een van de drukste en meest chaotische stukken van de R0. In de wirwar van op- en afritten, verkeersborden en opschriften op het wegdek valt de naam Zaventem Henneaulaan op. Via deze afrit kom je in het centrum van Zaventem.
De Henneaulaan dankt zijn naam aan Hector Henneau, van 1912 tot 1938 burgemeester van Zaventem. De liberale politicus drukte zijn stempel op de gemeente door de bouw van een gemeentelijke elektriciteitscentrale, de oprichting van een watertoren en de aanleg van een rioolstelsel. Onder zijn burgemeesterschap werden de eerste sociale woningen in zijn gemeente gebouwd. In 1922 werd de Rode Cité aangelegd, een tuinwijk zoals die na de Eerste Wereldoorlog op wel meer plaatsen verrezen. Enkele jaren later volgde de Witte Cité. In die wijk hadden de huizen – in tegenstelling tot in de Rode Cité – witgekalkte gevels. Een eeuw later zijn die woonwijken ingesloten door de spoorlijn Brussel-Leuven, de Ring en de A201 naar de luchthaven.
Industrieel erfgoed
Als je hier op de Ring rijdt, is er geen twijfel mogelijk: hier klopt het economische hart van de regio. In de lucht zie je de stijgende en landende vliegtuigen boven de auto’s scheren en links en rechts weerspiegelt het glas van de kantoorgebouwen. Verschillende grote bedrijven hebben een thuis in Zaventem en de economische bedrijvigheid is eigenlijk al meerdere eeuwen een rode draad door deze gemeente. De watermolens op de Woluwebeek en de Kleinebeek werden in de 19e eeuw omgevormd tot papiermolens, die onder andere papier leverden voor de Brusselse kranten. Ook andere fabrieken, zoals leerlooierijen, vestigden zich hier. In Zaventem werd zelfs een stukje Belgische autogeschiedenis geschreven. Vanaf 1909 werden twintig jaar lang de luxueuze en sportieve Excelsior auto’s gebouwd in de Keibergstraat. De hoge schoorsteen is nog een zichtbare herinnering uit die tijd.
Dat industriële verleden is op verschillende plaatsen in het straatbeeld bewaard gebleven. Naast oude loodsen en fabriekshallen vertellen ook de statige directeursvilla’s zoals Villa Feldheim, het huidige gemeentehuis, en de bescheiden arbeiderswoningen een stukje van de geschiedenis.
Meer aandacht voor fietsers
Ondertussen wordt hier volop gewerkt aan de Ring. Waar de spoorlijn Brussel-Leuven de Ring overbrugt, wordt momenteel gebouwd aan een fietsersbrug, zodat pendelaars van Leuven vlot en veilig de hoofdstad kunnen bereiken. Ook de brug aan de Henneaulaan wordt vernieuwd en zal dubbel zo breed worden. De kruispunten worden compacter, er komt een busbaan en een groenstrook, en fietsers krijgen meer ruimte. De werken, die begin 2021 starten, zullen drie jaar duren.
De verkeerswisselaar met de A201 krijgt eveneens een nieuwe aanblik. Wie oud genoeg is om de jaren 60 en de eerste helft van de jaren 70 bewust te hebben meegemaakt, herinnert zich waarschijnlijk nog de grote rotonde waar de Woluwelaan, een deel van de Ring en de Leopold III-laan (de latere A201) samenkwamen, als toegangspoort tot de luchthaven. Toen de E19 werd aangelegd en de Ring werd doorgetrokken, kwam hier een groot knooppunt. De wijde boogvormige bruggen om van de Ring naar de A201 en omgekeerd te gaan, zullen binnenkort worden afgebroken en vervangen door veel compactere op- en afritten. Over hoe de Ring zelf er in deze zone zal uitzien, loopt het onderzoek nog.
Duitse Avenue
De luchthaven wordt vaak in één adem genoemd met Zaventem, maar Brussels Airport strekt zich vandaag uit over Zaventem, Melsbroek, Steenokkerzeel en Diegem. De eerste nationale luchthaven van ons land lag bovendien elders: in Haren, waar nu de NAVO haar kantoren heeft. Die site – opgericht door de Duitse bezetter in de Eerste Wereldoorlog – werd snel te klein door de stijgende populariteit van de burgerluchtvaart. Zodoende werd eind jaren 30 uitgekeken naar een groter domein even buiten Brussel. Op een terrein bij Melsbroek werd een reservevliegveld aangelegd, waar in de jaren 40 andermaal de Duitse bezetter een militair vliegveld zou uitbouwen. Na de Tweede Wereldoorlog verschoof het zwaartepunt van de Belgische luchtvaart naar dat veld in Melsbroek. Aanvankelijk werden de vliegtuigen onderhouden in de loodsen op de oude locatie in Haren. Vliegtuigen reden voor onderhoud of herstelling kilometerslang op een betonbaan tussen Haren en Melsbroek. Een stukje van die Duitse Avenue is vandaag nog te zien in de buurt van de rotonde aan de Da Vincilaan, door de tralies van een rij bouwhekken.
Het knooppunt van Sint-Stevens-Woluwe is een van de drukste en meest chaotische stukken van de Ring.
Midden de jaren 50 was de uitbreiding van de luchthaven op Zaventems grondgebied aan de orde omwille van Expo 58. Een nieuw, modernistisch complex werd gebouwd met een indrukwekkende vertrek- en aankomsthal, de onlangs gerenoveerde transithal, terminals en administratieve gebouwen. Voor het vrachtvervoer breidde Brucargo zich gestaag uit langs de Luchthavenlaan, maar voor ontelbare passagiers werd Zaventem het begin en einde van hun vakantie.
Het Doel van de luchthaven
Wanneer je de luchthaven achter je laat en het knooppunt Machelen nadert, merk je aan de rechterkant een huizenrij op. Het is een nogal onwezenlijk zicht, die huizen schouder aan schouder bovenop de berm. Geprangd tussen Ring en luchthaven is het daar niet meteen de ideale locatie om te wonen, zou je denken, maar de huizen stammen uit een tijd waarin er van de Ring of de luchthaven nog lang geen sprake was. Ze maken deel uit van het gehucht Diegem-Lo, een beetje het Doel van de luchthavenregio.
Net zoals de Antwerpse poldergemeente deels werd opgeslokt door de haven en het voor de overgebleven bewoners een voortdurende strijd is om er te mogen blijven wonen, verkeerden ook de bewoners van Diegem-Lo lang in onzekerheid over de toekomst van hun buurt. Nieuwe woningen zijn al jaren niet meer toegelaten in de wijk, om zowel de Ring als de luchthaven de kans te geven uit te breiden als dat nodig zou zijn. Los daarvan kan ook de leefbaarheid in vraag worden gesteld, met honderdduizenden auto’s die per etmaal passeren en honderden vliegtuigen die op een steenworp opstijgen en landen. Onlangs werd de knoop doorgehakt. De huizen die vlak aan de Ring staan, worden binnenkort afgebroken, ook al is nog niet helemaal zeker op welke manier de Ring aangepast zal worden. De om en bij vijftig huizen rond de kerk van Diegem-Lo, waarvan voor de meeste het uitzicht bestaat uit een betonnen zijkant van een brug of in het beste geval een groene talud, mogen voorlopig blijven staan.
Koekiemonster
Diegem-Lo toont hoe de regio gevangen zit tussen enerzijds economische groei met de luchthaven als belangrijke pool voor werkgelegenheid en welvaart en anderzijds leefbaarheid, zwaar onder druk door transport en andere sectoren. In een land waar ruimte niet in overvloed te vinden is en waar ruimtelijke ordening niet altijd even doordacht verloopt, is elke morzel grond kostbaar. Zo ligt er zelfs een boerderijtje in de oksel van de aansluiting tussen de Ring en de E19 richting Antwerpen. Een herinnering aan de tijd waarin Zaventem, Machelen en Diegem nog op de boerenbuiten lagen, nu opgeslokt door koekiemonster knooppunt Machelen.
Dit knooppunt tussen de Ring en de E19 werd gebouwd in de geest van het Manhattanplan uit de jaren 60, dat voorzag in het doortrekken van de E19 tot in het centrum van Brussel, via Haren en Schaarbeek. De snelweg zou de E40 kruisen aan het Noordstation. Omdat het plan op veel protest botste en omdat de oliecrisis uitbrak, werd het nooit voltooid. Het grote knooppunt in Machelen werd wel gebouwd, al bleef het voor de helft onbenut. Jarenlang lagen de ongebruikte open afritten, tunnels en bruggen er desolaat bij en waren ze het geliefkoosde decor voor graffitispuiters. Sommige delen van het complex kregen of krijgen nu een tweede leven voor spoorlijnen en een nieuwe aansluiting op de Woluwelaan. Zo bewijzen de megalomane onuitgevoerde plannen decennia later dan toch nog hun dienst.