01 dec '21

Hoe Nederlands leren
je leefwereld vergroot

4131
door Michaël Bellon
Wat mag iemand verwachten die aan een traject Nederlands als tweede taal (NT2) begint? We vroegen een medewerker van het Agentschap Inburgering en Integratie en een cursiste NT2 naar hun ervaringen. Er zijn studiemogelijkheden op ieders maat, maar motivatie is belangrijk.

'Als je de taal van het land waar je bent niet spreekt, ben je niets’, zegt Fatiha Essakhi Lall. Ze is een Vilvoordse van Marokkaanse afkomst die sinds 2010 taalcursussen en andere opleidingen volgt bij Ligo, het Centrum voor Basiseducatie Halle-Vilvoorde. De eerste twee jaar volgde Fatiha les, nadien combineert ze haar cursus Nederlands met haar werk. Essakhi Lall is een schoolvoorbeeld van iemand voor wie taal een hele wereld opende. Ze heeft een dochter en een zoon, maar leefde vroeger heel geïsoleerd. ‘Ik kende Berbers en Arabisch, maar geen Nederlands of Frans. De gemeente heette me welkom, maar het OCMW zei dat ik als ‘artikel 60’ (iemand die in aanmerking komt voor sociale tewerkstelling) Nederlands moest leren. Terwijl ik dacht dat er alleen maar een lagere en middelbare school bestond, en dat het voor mij dus te laat was om Nederlands te leren.'

Mensen leren kennen

Essakhi Lall begon van nul. Ze kende geen Nederlands en kon ook ons Latijns schrift niet lezen of schrijven. ‘In het begin was dat moeilijk, maar ik had heel goede leerkrachten. Uiteindelijk heeft het mijn leven veranderd. Ik kan nu contact leggen met andere mensen, mijn kinderen begeleiden bij hun huiswerk, een afspraak maken met de tandarts, de klok lezen, de uren van de bus ontcijferen, betalingen doen bij de bank,…’

Ondertussen doet ze al een aantal jaren poetswerk, momenteel voor de stad Vilvoorde. Maar als het even kan, zou ze op termijn graag ander werk doen. ‘Ik kan nu vlot babbelen met de collega’s, maar ik zou ook graag willen schrijven. Daarom volg ik twee avonden per week een cursus lezen en schrijven. Ik heb ondertussen ook rekenen gevolgd. Ik volg een cursus voor mijn rijbewijs en ik leer met de computer werken.’ Als ambassadeur van Ligo moedigt ze andere mensen aan om cursussen te volgen. ‘Veel mensen durven de stap niet zetten omdat ze niet weten hoe aangenaam het is op school. Ik heb er al veel mensen leren kennen.’

Motivatie is belangrijk

Joanna De Bie zorgt ervoor dat mensen in de juiste opleiding NT2 terecht komen. Bij het Agentschap Inburgering en Integratie (AgII) zorgt zij voor de intakegesprekken van de cursisten. De Bie werkt al zes jaar voor het Agentschap. Als Poolse, die achttien jaar in België woont, was ze ooit zelf inburgeraar. ‘Ik weet hoe het is om de taal niet te spreken. Ik werkte eerder als tolk en nu probeer ik al zes jaar mensen te helpen en te motiveren om Nederlands te leren. Naast het feit dat je als klant een cursus op maat van jouw capaciteiten, scholing en agenda krijgt, is vooral je motivatie belangrijk om te slagen.’

Het Agentschap Inburgering en Integratie heeft verschillende contactpunten in VlaamsBrabant en de rest van Vlaanderen. Volwassenen die Nederlands als tweede taal willen volgen, kunnen bij het Agentschap terecht om zich naar de juiste cursus te laten oriënteren. In Brussel organiseert het Huis van het Nederlands de cursussen. De Bie: ‘In het algemeen gaat het om de verplichte inburgeraars die van buiten Europa naar Vlaanderen komen en naast een praktische maatschappelijke oriëntatie over het leven in België ook een NT2-cursus moeten volgen. Zij krijgen een oproepingsbrief van ons. Je hebt ook mensen die door de VDAB verplicht worden om NT2 te volgen, mensen die worden doorverwezen door het OCMW of een gemeente, of rechthebbenden uit de EU die zich spontaan melden omdat ze onze folders hebben gezien, naar de info-sessies zijn geweest of die van ons horen door mond-aan mondreclame.’

Dan worden de mensen gescreend. ‘We peilen naar de kennis van de moedertaal, en van eventuele andere talen. We gaan na of mensen gealfabetiseerd, niet-gealfabetiseerd of anders gealfabetiseerd zijn, welke diploma’s ze hebben. Of ze werken of niet, en of ze overdag beschikbaar zijn voor een intensieve cursus of eerder voor een avondcursus van bijvoorbeeld twee keer drie uur per week. Kent iemand al wat Nederlands, dan komt er een taaltest bij te pas om het niveau te bepalen. Voor wie niet hoger geschoold is, gebruiken we ook een logica test.’ Er zijn verschillende taalniveaus die behaald kunnen worden in een Centrum voor Volwassenenonderwijs (CVO) met een verkorte cursus van 80 uren, de meest gebruikte cursus van 120 uren en een verlengd traject van 180 uren. Of bij Ligo, dat meer gericht is op mensen die langere cursussen (240 uur) nodig hebben omdat ze nog geen scholing kregen in hun land, iets trager werken, of ons schrift nog moeten leren schrijven en lezen.

 Meer info via www.ligo.be/hallevilvoorde en www.integratie-inburgering.be. Infodagen Nederlands leren zijn opnieuw gepland in januari en begin februari, voor de exacte data check je www.infonl.be of bel je 0800 123 00.