Hallo
meneer de uil
We ontmoeten Michel De Keersmaeker en Alain De Cré op een zaterdagochtend, wanneer ze met vrijwilligers van Natuurpunt de houtkanten in de velden aan het snoeien en opruimen zijn. Op de stukjes natuur die de boeren in het kader van de ruilverkaveling Bollebeek hebben afgestaan, zijn de voorbije dertig jaar tienduizend bomen en planten aan geplant. Die houtkanten zijn interessant voor de koeien die zo in de schaduw en uit de wind kunnen staan, maar ze zijn vooral vitaal als verbindingselementen voor insecten, vlinders, salamanders, kikkers en vogels.
KLEINE STEENUIL
De Cré, is voorzitter van Natuurpunt Merchtem. De Keersmaeker staat al meer dan dertig jaar bekend als de uilenman, maar hij blijft liever op de achtergrond. De Cré: ‘Michel houdt zich bezig met vier soorten: de steenuil, de kerkuil, de bosuil en de torenvalk. Daarvan is de steenuil veruit de meest zeldzame en bedreigde soort. De steenuil is een klein vogeltje dat zich vroeger in oude bomen, boomgaarden en knotwilgen nestelde. In de gaten maakt hij zijn nest. Maar omdat er nog weinig oude bomen over zijn, plaatsen wij kasten; lange buizen waarin de vogel terecht kan. Elk voorjaar, als de ouders zijn uitgevlogen, gaat Michel de jongen ringen. Dat gebeurt in samenspraak met het Instituut voor Natuurwetenschappen om te weten hoe ze zich verplaatsen. Momenteel zitten er in de omgeving 91 geringde steen uilen. Dat is heel veel.’
TROUWE KERKUIL
De kerkuil komt minder voor in onze streken. ‘Die nestelden zich vroeger effectief in kerken en in boerderijen, kastelen, oude huizen en schuren. Maar in de jaren zestig werden de gaten in kerken dicht gemaakt tegen de duiven. Daardoor en door giftige pesticiden als DDT is het kerkuilenbestand drastisch gedaald. Voor Michel kasten begon te plaatsen, wisten we nog maar één kerkuilenkoppel zitten. Soms moet je een of meerdere jaren wachten, maar eens een kerkuilenkoppel zich nestelt, zal het de volgende jaren blijven terugkomen. Tenzij één van de twee vogels sterft, want kerkuilen zijn heel trouw en dan kan het even duren voor ze een nieuwe partner zoeken. In Brussegem hebben we drie jaar geen uilen gehad voor er een nieuw koppel kwam.’ Ondertussen hebben de kerken van Kobbegem, Bollebeek, Mollem, Peizegem en Merchtem allemaal kerkuilen. In het totaal zijn er nu 180 geringd. Dat is heel wat, omdat we ook meer en meer samenwerken met de boeren die er het nut van inzien. Een koppel kerkuilen vangt tussen de tweeduizend en de vijfduizend ratten en muizen per jaar. Als ze kleintjes hebben zie je ze om het kwartier aanvliegen met een rat. Ongelooflijk hoe ze dat doen. Dan heb je natuurlijk geen rattenvergif nodig.’
KASTEN DRAGEN
Bosuilen zijn er minder. ‘Daarvan hebben we er acht geringd. Ze zitten in de bossen en die heb je niet veel in Merchtem. Maar daarnaast zijn er nog de torenvalken die je kan herkennen aan de typische manier waarop ze biddend boven de bermen van de autosnelweg hangen om muizen te vangen. Torenvalken nestelen zich normaal in grote, oude bomen. Die zijn er ook minder, dus hangen wij kasten in hoge bomen. Van de torenvalk heeft Michel er dit jaar al 62 geringd.’ Dat werk is nobel en rendeert, maar het is ook zwaar. ‘Het is niet eenvoudig om twaalf of vijftien meter omhoog te klimmen met zo’n kast op je rug die je daar ook nog eens moet vastvijzen. Daarna moet je elk jaar gaan kijken om te ringen en om de kasten schoon te maken, want daar zit altijd een pak mest in.’ Daarnaast moeten de dieren ook worden beschermd. De broedplaatsen van de uilen worden discreet gehouden en de kasten gaan op slot, omdat er nog altijd mensen zij die uilen stelen en verhandelen. Ook dat is helaas geen bericht uit de Fabeltjeskrant.
Dit jaar werden 180 kerkuilen, 91 steenuilen, 8 bosuilen en 62 torenvalken geringd. www.natuurpuntmerchtem.be