Schoonheid, poëzie, destructie
Verwacht geen biografie van Chet Baker, maar een ode aan hem en al die andere mooie, jonge muziekgoden voor wie het leven altijd dat tikje te moeilijk bleek.
‘Het basisidee voor de voorstelling is voortgekomen uit het enorme contrast tussen de schoonheid en de poëzie van Chet Bakers werk en zijn destructieve levenswandel’, vertelt muzikant, acteur en theatermaker Tom Vermeir.
TIMESTRETCH
De Amerikaanse trompettist en zanger liep over van het talent. In de jaren 50 groeide Chet Baker uit tot een jazzicoon. Zijn knappe uiterlijk droeg nog bij tot zijn succes, maar een hardnekkige heroïneverslaving bracht hem meer dan eens op de rand van de afgrond. Hij verpandde zijn instrumenten om aan drugs te komen, kwam verscheidene keren in de gevangenis terecht en werd uit verschillende landen verbannen.
Ook zijn dodelijke val in Amsterdam was hoogstwaarschijnlijk het gevolg van heroïnegebruik. In die laatste ogenblikken van zijn leven, speelt de muziektheatervoorstelling Chet zich af. ‘Wat als we die enkele seconden tussen val en smak uitrekken?’, vroeg Vermeir zich af. Wat als Baker de kans kreeg om de balans op te maken? Wat vond hij dat er goed is gegaan? Waar is het misgelopen?
BABBELEN EN BOURGOGNE
Vermeir legde zijn idee voor bij Compagnie Cecilia, het Gentse theatergezelschap waarvan hij nu al enkele jaren deel uitmaakt, en werd onmiddellijk met regisseur Koen De Sutteraan tafel gezet. ‘Koen is een even grote Chet Baker-fan als ik. Met hem heb ik aan de tekst gewerkt, die eigenlijk ontstaan is uit babbeltjes, plaatjes opleggen, fragmenten voorlezen, lekkere bourgogne en goed eten. Op basis hiervan heeft Koen de definitieve tekst geschreven.’
Het manuscript bevat een aantal anekdotes uit het leven van Chet Baker, maar die hebben de makers bewust vaag gehouden. ‘Zo wordt de hoofdpersoon een soort universele poëet die ook allerlei andere te vroeg gestorven muzikanten vertegenwoordigt. Denk aan Amy Whinehouse, Jimi Hendrix of Luc Devos.’
SCHIJNBARE EENVOUD
Op hetzelfde moment werkte Vermeir met drie andere muzikanten aan de muziek voor de voorstelling. Met Dag Taeldeman en Frederik Heuvinck zat hij tien jaar in de glamrockband A Brand. Ze kregen versterking van Ben Brunin, bassist van onder meer Vive la Fête. ‘Met hen heb ik gezocht naar een passende muziekstijl.'
De muziek staat in Chet overigens niet zomaar in functie van de tekst: beide staan als volwaardige facetten naast elkaar en nemen de voorstelling geregeld van elkaar over.
'We zijn vertrokken van de standards die Chet Baker groot hebben gemaakt, zoals 'My Funny Valentine', 'Angel Eyes' en 'The Thrill is Gone'. We hebben de arrangementen herwerkt door alle jazzakkoorden eruit te gooien en het geheel te herleiden tot de basistoonladder. Dat geeft een kaal, bevreemdend, mooi resultaat. Helemaal in de geest van de schijnbare eenvoud waar Bakers melancholische lyriek mee gepaard gaat. Ik vind hem echt een ongelofelijke muzikant.’
De muziek staat in Chet overigens niet zomaar in functie van de tekst: beide staan als volwaardige facetten naast elkaar en nemen de voorstelling geregeld van elkaar over. ‘De vertelling is abstract en poëtisch. Dat heeft als gevolg dat het publiek ook niet altijd met elk woord mee is. En dat hoeft ook niet. Op zulke momenten neemt de muziek je mee. Het volgende ogenblik trekt de muziek zich wat terug en komt de tekst op de voorgrond.’
VERRIJKING
‘Ik hoop dat ik nog een keer met Koen kan samenwerken, want het was een bijzonder fijn proces. Compagnie Cecilia heeft doorgaans een heel kenmerkende stijl; het erfgoed van Arne Sierens, zeg maar. Via onze samenwerking is er nu een heel andere manier van theatermaken het gezelschap binnengeslopen. In een regie van Arne sta je vanaf de eerste dag op de vloer: hij laat een voorstelling groeien uit improvisatie. Een tekst van Koen groeit uit praten en ideeën uitwisselen. Die verschillende benadering zorgt voor intrinsiek andere voorstellingen.’
DO • 6 OKT • 20.30
Chet
Compagnie Cecilia
Grimbergen, CC Strombeek, 02 263 03 43